Toerisme / Vervoer
Economie
De economie van IJsland was in 2016 zo'n $ 19 miljard groot. Het land heeft zwaar geleden onder de kredietcrisis en de ondergang van diverse IJslandse banken. Dit heeft geleid tot een economische krimp vanaf 2008 en een forse toename van de werkloosheid. De werkloosheid piekte in 2010 en sinds 2011 laat de economie weer groei zien.
Visserij
Visserij en de visverwerkende industrie, zo'n 73 procent van de uitvoer, vormen de belangrijkste poot van de IJslandse industrie. Deze uitvoer is echter gevoelig voor de verandering van de visprijzen. Vanuit de overheid worden dan ook pogingen gedaan de economie een bredere basis te verlenen; zo wordt er veel verwacht van geothermische energie. Naast Noorwegen en Japan is IJsland het enige land waar aan commerciële walvisvaart wordt gedaan.
Toerisme
De tweede bron van inkomsten is het toerisme. Bezoekers komen vooral uit Scandinavische landen en Duitsland, maar ook uit België, Nederland en Canada. De meeste toeristen komen 's zomers. Tijdens de wintermaanden komen sommigen naar IJsland om het noorderlicht te zien. Door de waardedaling van de IJslandse kroon door de crisis is het land een relatief goedkope vakantiebestemming geworden. In 2010 kwamen er 500.000 toeristen naar het eiland, in 2014 was dit verdubbeld tot een miljoen en in 2016 arriveerden 1,6 miljoen buitenlandse bezoekers.
Energie
In 2009 werd zo'n 66% van alle energie geothermisch opgewekt (zie bijvoorbeeld Nesjavellir), 19% wordt opgewekt door waterkracht en de overige energie wordt geproduceerd met ingevoerde fossiele brandstoffen, zoals aardolie en in mindere mate steenkool. Verder voorzien de geothermische bronnen Reykjavík van warm water en stoom voor verwarming. In de periode 1989 tot en met 2009 is de productie van elektriciteit verviervoudigd, van 4.475 gigawattuur (GWh) naar 16.883 GWh. Deze sterke stijging was vooral nodig voor twee nieuwe installaties om aluminium uit alumina te halen (aluminiumsmelter) en de uitbreiding van een bestaande installatie. In 2009 verbruikten deze smelters bijna 12.000 GWh aan elektriciteit.
Handel
IJsland heeft een open economie. De buitenlandse handel maakt ongeveer een derde van de IJslandse economie uit. In 2009 werd voor een totaal bedrag van ISK 500 miljard geëxporteerd en voor ISK 410 miljard geïmporteerd. Dit was het eerste jaar sinds 2002 dat IJsland een overschot op de handelsbalans noteerde. De export steeg in 2009 met 7% terwijl de import met 13% daalde. De depreciatie van de IJslandse kroon versus andere valuta maakte de IJslandse uitvoer aantrekkelijker terwijl importproducten veel duurder werden. De belangrijkste exportproducten waren vis (49%) en aluminium (34%). De invoer is meer divers en omvat producten zoals aardolie, machines, transportmiddelen, voedsel, drank en tabak. De belangrijkste handelspartner was de Europese Unie; in 2009 was het aandeel van de EU in de export van IJsland zo'n 83% en circa 65% van de IJslandse importen. Nederland was de belangrijkste handelspartner met een aandeel van 31% in het exporttotaal, en Noorwegen bij de import.
Financiële sector
In het begin van de 21e eeuw maakte de IJslandse financiële sector een sterke groei door. Hierdoor maakte de financiële sector circa 34 procent van de IJslandse economie uit. Door de snelle expansie en de daarbij horende behoefte aan vreemd vermogen van deze sector werd het land kwetsbaar voor de gevolgen van de kredietcrisis in 2008. Door een snelle achteruitgang van de liquiditeit van de drie banken in het land raakte IJsland in een situatie die grensde aan faillissement. De schulden van het land bleken ongeveer vijf tot negen maal het bruto nationaal product te bedragen, een bedrag dat nagenoeg onmogelijk is om zelfstandig op te brengen. Zie verder IJslandse bankencrisis.
Munteenheid
De munteenheid van IJsland is de IJslandse kroon en afgekort ISK. In 2007 was de gemiddelde koers van de euro zo'n 88 IJslandse kronen. Op 10 oktober 2008 stopten de meeste banken met de handel in de IJslandse Kroon omdat deze door de economische crisis in het land sterk in waarde was verminderd en in een inflatiespiraal terechtkwam. De koers van de kroon halveerde; in 2009 lag de koers van de euro op circa 173 kronen. In 2010 trad enig herstel op en werd de euro gemiddeld tegen 162 IJslandse kronen verhandeld. Langzaam is de waarde gestegen naar 150 kronen per Euro per eind mei 2015.
Vervoer
Lucht
Middelpunt van het vliegverkeer zijn de twee luchthavens van IJsland:
- Keflavíkurflugvöllur (luchthaven Keflavík), ongeveer 50 km ten zuidwesten van Reykjavík op het schiereiland Reykjanes, voor internationale vluchten;
- Reykjavíkurflugvöllur (luchthaven van Reykjavík), vlak bij het centrum van Reykjavík, voor vluchten met binnenlandse bestemmingen en naar Groenland en de Faeröer.
Verder heeft vrijwel elke grotere plaats in IJsland een klein vliegveld en hebben meerdere afgelegen gehuchten of nederzettingen een airstrip.
Icelandair is een luchtvaartmaatschappij met vluchten tussen Keflavik en Noord-Amerika, Schiphol, Brussel, Londen, Parijs, Hamburg en Frankfurt.
Water
IJsland heeft een veerdienst van Seyðisfjörður in het oosten, naar Hirtshals in Denemarken. Deze gaat via Tórshavn op de Faeröereilanden. De overtochten zijn van april tot en met september, eenmaal per week.
IJsland kent zes regelmatige nationale veerbootlijnen:
- Herjólfur : tussen Landeyjahöfn en de Vestmannaeyjar in het zuiden;
- Baldur : tussen Brjánslækur, Flatey en Stykkishólmur in de Breiðafjörður;
- Bliki : tussen Æðey, Vigur en Ísafjörður in de Ísafjarðardjúp;
- Sævar : tussen Hrísey en Árskógssandur in het noorden;
- Sæfari : tussen Akureyri, Hrísey, Dalvík en Grímsey in het noorden, en
- Anný : tussen Mjóifjörður en Neskaupstaður in de Oostfjorden.
Land
De belangrijkste weg op IJsland is de ringweg of Hringvegur. Deze circa 1350 kilometer lange weg met wegnummer 1 loopt rond het hele eiland en verbindt een aantal van de grootste plaatsen met elkaar, maar slaat de afgelegen gebieden over. De ringweg is voor het grootste gedeelte geasfalteerd, maar enkele delen in het oosten van IJsland zijn onverhard. De meeste bruggen en een aantal tunnels op IJsland zijn enkelstrooks uitgevoerd. Vaak zijn er bij de langere exemplaren passeermogelijkheden opgenomen. Autowegen en autosnelwegen komen op IJsland niet voor hoewel een aantal van de belangrijkste wegen van en naar Reykjavík vierstrooks is uitgevoerd. De maximumsnelheid is daar, net als op alle andere verharde wegen, 90 kilometer per uur. Binnen de bebouwde kom geldt een maximumsnelheid van 50 kilometer per uur. Op de onverharde wegen is de snelheidsbeperking 80 kilometer per uur.
Openbaar vervoer op IJsland vindt plaats door een net van autobusverbindingen, met over het algemeen lage frequenties. Daarnaast beschikt Reykjavík over het stadsbusnet Strætó bs. IJsland heeft geen spoorwegen. In de zomer zijn een paar buslijnen die over de onverharde wegen wegen van het binnenland rijden met aangepaste bussen, zoals Reykjavik-Akureyri.
Oorspronkelijk reed men aan de linker kant van de weg, maar sinds 26 mei 1968 moest men vanaf 6 uur ´s morgens rechts gaan rijden. De automobilist werd destijds geadviseerd om de volgende dagen ter gewenning in de steden niet harder dan 35 kilometer per uur te rijden, en daar buiten maximaal 50.
Bezienswaardigheden
Enkele bezienswaardigheden op IJsland zijn onder meer:
- Nationaal Park Jökulsárgljúfur, het Nationaal Park Skaftafell, het Nationaal Park Snæfellsnes en het Nationaal Park Þingvellir
- Geisers onder andere Geysir, Strokkur
- Watervallen onder andere Háifoss, Gullfoss, Dettifoss, Skógafoss, Goðafoss, Seljalandsfoss
- Gletsjers onder andere Eyjafjallajökull, Mýrdalsjökull, Vatnajökull
- Gletsjermeren onder andere Jökulsárlón
- Vulkanen onder andere Hverfell, Kerið, Hekla
- Fjorden in IJsland
- Reykjavík met onder andere Hallgrímskirkja en musea
- Natuurbaden zoals onder andere Blue Lagoon
- Walvissafari vanuit Reykjavík en Húsavík
- Landmannalaugar
- Þórsmörk
Statistieken
- 96 procent van de inwoners woont in centra van steden en dorpen
- Reykjavík heeft 121.490 inwoners (2014); buiten de regio van Reykjavík is Akureyri de enige stad van enige omvang (17.000 inwoners, 1 oktober 2005)
- Toename aantal inwoners over 2003: 0,96 procent
- Aantal geboortes per 1000 inwoners: 14 (1 december 2004)
- Aantal overledenen per 1000 inwoners: 6 (1 december 2004)
- Gemiddeld aantal geboortes per vrouw: 2.23 (2009)
- Kindersterfte: 2,4 per 1000 geboortes (2003)
- Kindersterfte in eerste levensweek: 1,69 per 1000 geboortes (2003)
- Migratiesaldo in 2001: +968
- Bevolkingsdichtheid in 2004: 2,8 inwoners per km² (1 december 2004)
- Levensverwachting: mannen 78.7 jaar; vrouwen 83.2 jaar (december 2010)
- BNP per inwoner in 2003: 36.519 US-dollars (2004)
- Inkomstenbelasting: 37,73% (2005)
-
- (Er is een speciale belasting van 2% bij inkomsten boven ISK 350.000 p.p. per maand (2005).)
- btw: 25,5%, 14,0% of 7,0% (1 januari 2010)
- Aantal auto's per 1000 inwoners: 647 (2004)
- Aantal artsen per 1000 inwoners: 3,6 (2002)