Geschiedenis
Vroege geschiedenis
De geschiedenis van Singapore gaat op zijn minst terug tot de 14e eeuw. In die tijd stond het onder de naam Temasek ("stad van de zee") bekend als een haven en versterkte stad. Het was een onderdeel van het Srivijaya-rijk. De Maleisische historische geschriften (de Sejarah Melayu, of Maleisische annalen) beschrijven de oude plaats. Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat het oude Singapore een handelscentrum van enig belang was.
Na de val van het Srivijaya-rijk werd Temasek geclaimd door verschillende regionale machten. Het Thaise koninkrijk Ayutthaya poogde zelfs de stad te onderwerpen, maar de invasie werd afgeslagen. Rond het begin van de 15e eeuw werd Temasek hernoemd in Singapura, waarvan men dacht dat het Leeuwenstad betekent in het Sanskriet.
Volgens de legende zag koning Parameswara van Srivijaya een beest uit de zee dat op een leeuw zou lijken, en sindsdien zou de plaats Temasek zijn omgedoopt in "Singapura". De omgeving herbergde echter geen leeuwen, en als alternatieve verklaring wordt wel gezegd dat de naam niet van singa ("leeuw") zou zijn afgeleid maar van sing (Sanskriet voor "steen"). Dat zou betekenen dat de naam "rotsachtig gebied" betekent, en dan zou de verklaring "leeuwenstad" een geval van volksetymologie zijn.
Engelse overheersing
In 1819 werd het gebied van Singapore gekoloniseerd door het Verenigd Koninkrijk. De Engelsman Sir Thomas Raffles stichtte een handelspost en legde daarmee de basis van het huidige Singapore. Dankzij zijn ligging aan de zuidpunt van een schiereiland was het een strategische uitvalsbasis voor de Britten om handel in Zuid- en Oost-Azië te bedrijven.
Gedurende de Tweede Wereldoorlog werd Singapore bezet door de Japanners. De plaats Changi, waarbij de huidige luchthaven is gelegen, werd door hen als interneringskamp gebruikt.
Britse capitulatie in 1942
Singapore, het belangrijkste Britse marinesteunpunt in de hele regio, had de reputatie "schier onneembaar" te zijn. In werkelijkheid slaagden de Japanners er echter met gemak in om de stad te veroveren. Aan de zeezijde was deze met krachtige artilleriebatterijen verdedigd, maar aan de kant van de smalle waterweg die het eiland van het vasteland scheidde was er van serieuze verdedigingswerken geen sprake. De Japanners, die door spionnen de situatie goed kenden, vielen het eiland daarom van de landzijde aan. De Britten werden verslagen en gaven zich over op 15 februari 1942. De toenmalige opperbevelhebber generaal Arthur Ernest Percival, verklaarde dat hij tot overgave was gedwongen door een nijpend tekort aan voedsel, water, brandstof en munitie. De capitulatie werd door Winston Churchill de 'grootste ramp en capitulatie in de Britse geschiedenis' genoemd.
De Japanse bezetting van Singapore duurde tot september 1945, waarna de Engelsen het weer in bezit namen.
Onafhankelijkheid en economische ontwikkeling
In 1959 kreeg Singapore zelfbestuur op bijna alle terreinen, behalve buitenlands beleid en defensie. Lee Kuan Yew werd de premier van de nieuwe stadstaat. Hij liet in 1962 een referendum houden over aansluiting bij Maleisië. In 1963 sloot Singapore zich samen met Sabah en Sarawak aan bij de Maleisische Federatie. Op 9 augustus 1965 werd het echter weer uit de federatie verbannen, en werd het een onafhankelijke republiek, lid van het Britse Gemenebest. Aanleiding waren heftige botsingen tussen de Maleise en de Chinese bevolking van Singapore. Lee Kuan Yew was tegen het bevoorrechten door de Maleise regering van de islamitische Maleiers. In 1964 braken er op de geboortedag van Mohammed heftige rellen uit tussen deze twee bevolkingsgroepen, met tientallen doden tot gevolg. De Maleise premier Tunka Abdul Rahman besloot hierop de banden met de regering van Singapore geheel te verbreken.
In 1954 werd de People's Action Party (PAP) opgericht als samenwerkingsverband tussen de sociaaldemocraten en communisten. Ook Lee Kuan Yew was een van de oprichters. Deze partij zou hierna decennialang aan de macht blijven. De communisten verlieten de partij reeds enkele jaren na de oprichting, nadat zij eerst hadden geprobeerd de leiding over te nemen van de sociaaldemocraten.
In 1960 kreeg de Nederlandse econoom Albert Winsemius van de Verenigde Naties het verzoek een missie te leiden om de regering in Singapore te voorzien van economisch advies. Winsemius bleef deze rol vervullen tot 1984. Lee besloot zich meer te richten op het Westen dan op de directe buurlanden en met de grote multinationals samen te werken. Er werden in westerse landen investeringscentra opgericht die buitenlandse investeringen naar Singapore moest halen. Mede hierdoor heeft Singapore zich sindsdien ontwikkeld van arm derdewereldland tot een van de welvarendste landen ter wereld. De haven van Singapore is tegenwoordig een van de drukste ter wereld. Het inkomen per hoofd van de bevolking in Singapore is vergelijkbaar met dat van westerse landen.
Vanaf de jaren 60 werd er een streng beleid van gezinsplanning doorgevoerd; per gezin mochten er niet meer dan twee kinderen komen.
In 1967 maakten de Britten bekend hun militaire aanwezigheid verder te zullen terugschroeven. Hierop moest de Singaporese regering haast maken met het stimuleren van de economische groei, die anders door de Britse terugtrekking een flinke terugslag zou krijgen. Premier Lee wist met hulp van de VS de Britse aanwezigheid nog wat te rekken en kwam overeen het grootste deel van de Britse havenfaciliteiten over te nemen, waarna hij deze liet ombouwen voor commerciële doelen. Vanaf 1967 bemoeide de Singaporese overheid zich steeds meer met de economie en samenleving, bijvoorbeeld door een sterk arbeidsethos op te leggen. Intussen bleef er binnen Singapore sprake van etnische spanningen, vooral door het nationalisme van de Singaporese Maleiers.
In 1981 kwam er voor het eerst een eenpersoons oppositiefractie in het parlement: Joshua Jeyaretnam, leider van de Arbeiderspartij. Hij werd echter regelmatig gearresteerd en vervolgd, om in 1986 zijn zetel weer te verliezen. Hij bleef terugkomen en richtte in april 2008 nog een nieuwe partij op, de Hervormingspartij. In september van dat jaar overleed hij echter.
De onafhankelijkheid van Singapore wordt elk jaar op 9 augustus gevierd tijdens de National Day Parade.